38 jaar gaf Marleen Kuppens als administratieve bediende het beste van zichzelf voor Peddelsport Vlaanderen – toen ze begon heette onze federatie nog Nederlandstalig Kano Verbond vzw. De jaren voordien toonde Marleen zich een straffe kampioene op nationale en internationale wedstrijden.
Als reactie op de bos bloemen, een fles cava en een kaartje als dank voor haar jarenlange inzet, schreef Marleen een rijk gestoffeerde terugblik en zocht ze een schoendoos vol leuke foto’s bij elkaar.
Op mijn laatste werkdag werd ik ’s morgens vroeg aangenaam verrast met een mooie bos bloemen en een fles cava. Op een kaartje een mooie tekst, een bedankje van het bestuur en de collega’s voor mijn jarenlange inzet voor de federatie. Een emotioneel momentje waarbij ik toch een traantje moest wegpinken. Een flits van bijna 38 jaar ging door mijn hoofd, is dit allemaal zo snel gegaan? Even later sloot ik aan bij de online teamvergadering om samen mijn laatste werkdag toch wat te kunnen vieren. Nog geen definitief afscheid, een knuffel moet nog komen als corona het toelaat, zo werd afgesproken. Er werd wat gebabbeld en gelachen en wat teruggekeken op wat voorbij is en wat voor een luxe we hebben om in deze tijden ons sociaal contact toch wat te kunnen onderhouden. Een hele evolutie vergeleken met de tijd toen ik begon te werken bij de kajakfederatie. Steven kreeg hierdoor wat inspiratie en hij vergeleek mij al lachend met de Martine Tanghe van de kajakfederatie. Een lange loopbaan zowel op sportief als professioneel vlak, veel stof om daar een artikel over te schrijven in het magazine. Zogezegd, zo gedaan en we zijn eraan begonnen.
Als dochter van een fervent kajakker bij de Neerpeltse Watersport Club zette ik op 12-jarige leeftijd mijn eerste stappen in de kajaksport. Van een brede boot ging het geleidelijk aan naar een smallere die lichter en sneller was, “de competitieboot” in vaktermen. Er waren in die tijd veel jonge leden en we vormden snel een hechte groep. In de week werd er bijna dagelijks gevaren en tijdens de schoolvakanties verbleven we omzeggens de hele dag aan de club om te kajakken en ons te amuseren. We gingen tussendoor enkel naar huis om te eten. Deze fijne groepssfeer was de ideale voedingsbodem om graag en gemotiveerd te trainen en elkaar naar een hoger niveau te brengen.
Al snel vormde zich bij de meisjes in mijn leeftijdscategorie in België een groepje dat goed presteerde en van de verbondsleiding de kans kreeg om aan de nationale trainingen deel te nemen, wat tot dan toe enkel werd georganiseerd voor de jongens. De toenmalige nationale trainer, Germain Van de Moere, zag wel potentieel in deze groep en we werden weerhouden in de nationale selectie. In een kranteninterview na de successen van de mannen in Tampere 1973, liet hij het volgende optekenen “en volgend jaar moet ge maar eens naar onze meisjes komen kijken. Daarmee gaan we nu ook serieus beginnen”. Een, in een sappig Gents, verwoorde voorspelling die wel even tot nadenken stemde omdat België in de kajakwereld nooit het zwakke geslacht had uitgespeeld! (Alhoewel, na enig opzoekingswerk kwam aan het licht dat in 1948 Anna Van Marcke deelgenomen heeft aan de Olympische Spelen in Londen). Het verbond kwam zijn belofte na en we kregen de kans om tijdens de internationale wedstrijd te Bochum, waar een belangrijke reeks landen hun beste junioren jaarlijks naartoe stuurden, onze krachten te meten. Ons viertal, Brigitte Vernaillen en Catherine Burelle (beiden uit Antwerpen) en Brigitte Vos en ikzelf (beiden uit Neerpelt), deden het uitstekend! Ik behaalde een gouden medaille in K1, samen wonnen we de K4 en het had nog meer kunnen worden, ware het niet dat onze K2 door een spijtig misverstand te laat aan de start verscheen. Het begin van een damesploeg, na een lange onderbreking, die tot op heden nog altijd zeer succesvol is!
Voor mezelf was dit de start van een mooie periode. Tot mijn 25ste heb ik aan heel wat nationale en internationale wedstrijden deelgenomen met als belangrijkste uitschieters de Open Europese Kampioenschappen junioren te Rome (1975) en Vichy (1977) waar ik in K1 500 m een bronzen medaille behaalde. Daarnaast nog mijn deelname aan 3 Olympiades zijnde Montreal (1976) waar ik deelnam in K2 500 m met Catherine Burelle, Moskou (1980) in K1 500 m en Los Angeles (1984) waar ik samen met Lut Thijs een finale plaats bereikte in K2 500 m. Na al die jaren verminderde de motivatie en de ons omringende landen gingen meer en meer de professionele toer op, het werd moeilijk om aansluiting te blijven behouden op hoog niveau. Ook het gezinsleven kwam op het voorplan, huisje, tuintje, kindertjes. Een full time job was nodig voor de financiële haalbaarheid. Dus, tijd om te stoppen, en het kajakken enkel nog als recreatieve sport te beoefenen.
In tussentijd studeerde ik af als regentes LO en vervulde wisselende jobs in het onderwijs. In het kader van de professionalisering van de sportfederaties door BLOSO (ondertussen Sport Vlaanderen) schreef het Nederlandstalig Kano Verbond (ondertussen Peddelsport Vlaanderen) in 1983 een eerste deeltijdse vacature uit voor een administratief bediende. Ik solliciteerde en werd aangenomen. In 1985 organiseerde de KGA Antwerpen het WK voor senioren te Hazewinkel. Dit was voor mij de opstart naar een voltijdse administratieve job. Omdat er toen nog geen bondsbureau was werkte ik eerst van thuis uit (het verbond had in 1983 zonder corona zelfs al ervaring met thuiswerk ☺), later ten huize van de toenmalige secretaris. Ondertussen werd uitgekeken naar een vrijstaande ruimte die kon dienen als bondsbureau en in 1988 verhuisde ik naar de Clercxhoevestraat 2B te Neerpelt, jullie alom bekend.
In het begin bestond de administratie uit de boekhouding, het bijhouden van de leden gegevens, de betalingen, verzekeringen, het ledenblad, de afrekeningen naar Sport Vlaanderen van de algemene werking en de topsport, … Alle administratie werd handmatig uitgevoerd en verwerkt. De boekhouding gebeurde in een dagboek waarin de inkomsten en uitgaven werden ingevuld en het saldo van de betreffende rekening werd genoteerd. De ledenadministratie, de briefwisseling en alle afrekeningen, … werden met de typemachine in orde gebracht. Niets kon opgeslagen worden en elk briefje, ook een standaardbriefje, diende telkens opnieuw getypt te worden. De Kano & Kajak werd eerst op stencilpapier getypt, later bij de drukker gedrukt om nadien handmatig uitgeraapt, geplooid en geniet te worden. Hiervoor nodigde ik dan enkele familieleden uit om dit alles op tijd gedaan te krijgen. De adressen typte ik op vellen etiketpapier en deze werden samen met de postzegels er handmatig opgeplakt. Betalingen gebeurden nog op voorgedrukte overschrijvingsformulieren, de gegevens van de begunstigden moesten elke keer opgezocht en ingevuld worden, iedere week werd een dik pakje afgeleverd bij de bank. Alle communicatie gebeurde per telefoon of brief, geen gsm, geen internet, geen e-mail, geen facebook, geen … We werkten één avond per week ’s avonds van zes tot tien om de clubverantwoordelijken de kans te geven telefonisch contact op te nemen voor om het even welke info. Tot eind jaren 80 de eerste computer zijn intrede deed. Een klein schermpje, een zwarte achtergrond en groene tekst met besturingssysteem ms dos, een matrixprinter met papier dat op een hoop erachter lag en tussenin kon afgescheurd worden. Later een betere computer met besturingssysteem Windows en een inkt jet of laserprinter wat al meer mogelijkheden bood. Een hele vooruitgang bleek later, maar uren van ergernis, frustratie en tijdverlies gingen daaraan vooraf. Meermaals werd het typemachientje boven gehaald om het briefje dat snel moest vertrekken in orde te krijgen. Maar oefening baart kunst en geleidelijk aan kwam alles in orde. De briefjes kregen een standaardvorm, de boekhouding werd via de computer gedaan, de ledenadministratie geautomatiseerd, internet en e-mail deden zijn intrede, en alles en nog wat werd met de computer afgehandeld. De mappen in de kast werden deels vervangen door mappen in de computer. Heel mijn verdere actieve loopbaan heb ik het er moeilijk mee gehad om het archiveren op papier geleidelijk aan los te laten. Wat als de computer stuk zou gaan? Dan was alles weg? Daarom maakten we wekelijks een back-up van alle bestanden zodat we alles nog konden recupereren.
Geleidelijk aan groeide ook de federatie en nieuwe disciplines kwamen erbij. Naast de recreatieve tak en het lijnvaren kenden ook marathon, kajakpolo, rivier, slalom, freestyle, rafting, zeekajak en surfski een sterke opgang. Elk met hun eigen comité, organisatie en deelname aan nationale en internationale evenementen. In het begin werden meerdere disciplines gesubsidieerd door BLOSO maar later kwamen enkel de olympische disciplines nog in aanmerking. Een hele opdoffer voor de overige sporttakken. Er werd binnen onze federatie een subsidiesysteem uitgewerkt om de andere sporttakken de mogelijkheid te bieden zich financieel te versterken en zo een eigen werking te laten uitbouwen. Naast de discipline lijn, worden ook atleten uit de andere sporttakken afgevaardigd naar EK ’s en WK ’s en regelmatig worden er medailles door onze atleten behaald. Deze medaillewinnaars worden gehuldigd op de AV van de federatie waar ze een kleine financiële ondersteuning krijgen om een deel van de gemaakte kosten te recupereren.
Dikwijls vroeg ik me af hoe ik zou gepresteerd hebben in de niet olympische discipline marathon, wat mijn geliefkoosd kajakonderdeel was. Vroeger werd er geen EK en WK georganiseerd voor de marathon en voor de lijn discipline was er enkel jaarlijks een WK voor senioren en om de twee jaar een Open Europees Kampioenschap voor junioren. Er werd een leeftijdscategorie van 19 tot 23 jaar ingevoerd wat de overgang van de junioren naar de senioren geleidelijk doet verlopen en zo de motivatie op peil kan houden. Voor de 3 leeftijdscategorieën wordt nu jaarlijks een EK en WK georganiseerd. We hebben vroeger toch wel mooie wedstrijden gemist. Wat de lijn betreft kan ik toch terugkijken op een mooie periode, bij de marathon heb ik aan geen enkel EK of WK kunnen deelnemen. Op een receptie van de club voor de sponsors, kwam dit onderwerp toevallig ter sprake. Ik behaalde mooie resultaten bij de lijn maar geen enkele bij de marathon. Peter Van Lishout, toen de grote bezieler van de marathon, kon me overtuigen om op 51-jarige leeftijd, bij de masters (een mooi woord voor oudjes) deel te nemen aan het WK te Banyolas (Spanje) later op het jaar. En, eerlijk gezegd, het kriebelde wel wat! Een geschikte boot kreeg ik ter beschikking van Peter, een pomp van Toon Broekx, een paddel had ik zelf, aan hulp en raad geen gebrek. Het pure recreatieve werd omgegooid naar een stelselmatig opgevoerde frequentie en afstand. Het fanatieke kwam naar boven, ik wist niet waaraan ik me moest verwachten, maar één ding was zeker, ik wilde niet afgaan als een gieter. Samen met Jacky, mijn echtgenoot en ook fervent kajakker, ging ik tot 6 keer per week trainen en enkele weken voor het WK hebben we in Oostenrijk op de Ossiachersee dagelijks onze marathonkilometers afgemaald. Bij terugkeer vroegen de kinderen of we wel gegeten hadden. We waren beiden wel ettelijke kilo’s kwijt! Ik nam deel in de leeftijdscategorie van 50 tot 54 jaar. Na een afstand van 18 km en 3 overdrachten met de boot kwam ik als 2de over de meet, moe, mijn handen vol blaren maar voldaan. De dag erna behaalde ik samen met Heidi Loncke nog een 3de plaats in K2 in de leeftijdscategorie van 45 tot 49 jaar. Een jaartje later heb ik nog deelgenomen aan het EK in Saint Jean de Losne in Frankrijk waar ik als eerste eindigde. Natuurlijk is deze competitie niet te vergelijken met de officiële leeftijdscategorieën maar de beleving voelde voor mij toch goed aan!
Ondertussen werd onder impuls van Sport Vlaanderen de topsportwerking lijn als olympische discipline meer geprofessionaliseerd. Een technisch directeur, een toptrainer en jeugdtrainers werden aangeworven om de atleten meer en beter te begeleiden. Een absolute noodzaak in het huidige topsportlandschap. Via het Be Gold project, ondersteund en gefinancierd door BOIC, stroomden de beste atleten door naar de wereldtop! Met hun selectie voor de OS van Tokyo verlengen Lize en Hermien de ononderbroken reeks van deelnames van Belgische kajakkers aan de Olympische Spelen sinds WO II.
Ook is onze federatie meer en meer gaan inzetten op een ver doorgedreven professionalisering gebaseerd op beleidsplannen waarin we samen met de collega’s zijn gaan investeren in een bredere werking op vlak van doelgroepen (jeugd, G-sport, gezinnen, …, communicatie, promotie, IT, infrastructuur, wetgeving, goed bestuur, opleidingen, …). Een aanbod van A-Z zoals ze dat nu noemen. Als team zijn we erin geslaagd om samen met onze vrijwilligers succesvolle projecten uit de grond te stampen zoals een hervorming van de structuur, jeugdinvest, een doorgedreven digitalisering van de ledenadministratie, routestructuren, topsport resultaten in meerdere disciplines, integratie van een nieuw boekhoudsysteem, … We zijn blij te mogen lezen dat dit enthousiasme zich weerspiegelt in onze clubs met leuke artikels in ons ledenblad waardoor wij ook merken dat ons werk loont en dat clubs zich nog steeds thuis voelen in ons verbondje.
Op dit ogenblik is het al zover dat alle administratieve gegevens van de federatie raadpleegbaar zijn via SharePoint in de Cloud. Hierdoor kunnen we altijd en overal onze documenten raadplegen en hoeven we niet meer in hetzelfde lokaal te zitten. Wat een evolutie! Gelukkig heeft deze automatisering en digitalisering zijn intrede gedaan en is de federatie mee op deze trein gesprongen. Onze jeugdige personeelsleden hebben zich in deze materie vastgeklampt en ze zijn erin geslaagd om alles in orde te krijgen. Een heel dikke proficiat voor het geleverde werk! Je kan je wel voorstellen zeker dat dat voor mij, het oudje, een digitale sneltrein was en dat ik dat jong geweld moest volgen, willen of niet. Ze hebben gelukkig wat geduld gehad, in ruil daarvoor kregen ze toch wel wat achtergrondinformatie mee, kortom een mooie mix van jeugdig enthousiasme en jarenlange ervaring binnen de federatie wat leidde tot een mooie samenwerking!
Nu wordt het stilaan tijd om het succesvolle schip te verlaten en vanop de kant toe te kijken. Dit enkel op professioneel vlak want op sportief vlak wil ik mijn bootje meermaals per week te water laten. Het spreekt voor zich dat ik tijdens mijn actieve loopbaan veel voorzitters, secretarissen, penningmeesters, bestuurders, clubverantwoordelijken, collega’s, vrijwilligers en atleten heb gekend. Te veel om ze met naam en toenaam te vermelden. Als jullie dit willen weten kan je het archief van onze federatie induiken en ernaar op zoek gaan. Menige zijn reeds overleden, mensen waar ik een hechte band mee had en waarmee ik veel mooie momenten heb beleefd. Ik wil hierbij alle mensen waarmee ik heb samen gewerkt gedurende mijn loopbaan bedanken voor de mooie en aangename herinneringen en wens mijn huidige collega’s veel succes met de verdere uitbouw van onze federatie! Ik ben er gerust in, onze federatie is in goede handen!
Ik wens iedereen van onze federatie nog het allerbeste in een coronavrije toekomst, dat alle activiteiten kunnen hernomen worden om te genieten op alle niveaus van onze gezonde en mooie sport!
Het ga jullie goed en tot later.
Groetjes,
Marleen Kuppens
Wil je steeds op de hoogte blijven?
Schrijf je dan nu in op onze nieuwsbrief! Of volg ons op Social Media